De
leerkrachten hadden hem getoetst: hij deed werk op het goede niveau. De
leerkrachten hadden geprobeerd een beloningssysteem te gebruiken, ze hadden
zelfs geprobeerd om hem het achterstallige werk thuis te laten inhalen. Dat
alles mocht niet baten; Jacco bleef dezelfde problemen houden. De leerkracht
van groep 6 had zelfs op de overdracht geschreven dat de uitbarstingen van
Jacco heviger leken te worden en in frequentie toenamen.
De leerkracht
van groep 7 overdacht de situatie. Hij vond ook dat kinderen hun werk gewoon
moesten af hebben, maar bij Jacco was al heel veel geprobeerd. Blijkbaar was er
aan Jacco niet één, twee, drie wat te veranderen. Hij besloot tot een heel
andere aanpak en ging met Jacco in gesprek over wat híj er van vond. En wat
bleek? Jacco zat zelf ook met het probleem. Hij kon zijn werk echter met geen
mogelijkheid af krijgen. Zijn gedachten gingen tijdens het werken alle kanten
op, behalve naar zijn werk. Hij was kwaad op zichzelf, omdat hij stom was en
niet eens zijn werk kon doen zoals andere kinderen. Hij was ook kwaad op de
juffen en meesters, die zagen dat het
niet ging en toch maar bleven zeuren dat het moest. "En", vertelde hij heel
eerlijk, "soms kan ik wel meer, maar dan doe ik het lekker niet."
Zo praatte de
leerkracht nog een tijd door met Jacco. Samen besloten ze tot een tot dan toe
ongebruikelijke aanpak: Jacco bepaalde voor de les samen met de leerkracht wat
hij dacht wél te kunnen maken. Voorlopig zou de leerkracht dit zonder
commentaar accepteren. Na vier weken zouden ze samen bespreken hoe het ging.
Het gevaar bestond natuurlijk dat Jacco nu helemaal niets meer zou doen, iets
waar collega's de leerkracht van groep 7 al fijntjes op gewezen hadden toen hij
hen vertelde van zijn onorthodoxe plannetje. Maar die vrees bleek ongegrond. De
druk die Jacco voelde was weg en daarmee ook de gedachte dat hij zijn werk toch
niet afkreeg. Dat leek een heel klein beetje te helpen. Jacco deed iets meer
werk, maar wat veel belangrijker was, hij kreeg er weer plezier in. Zijn
uitbarstingen bleven uit.
Jongetjes (en
meisjes ook trouwens) zoals Jacco zijn er wel vaker in je klas. Kijk maar eens
goed rond. Meestal heb je er wel eentje. Soms lijkt niets te helpen en dat komt
omdat alle interventies uitgingen van een kind dat moest veranderen. Maar wat
als een kind niet kán veranderen? Dan kan het best leuk zijn dat de léérkracht
verandert. Dat de leerkracht besluit iets te doen wat niet voor de hand ligt,
wat collega’s misschien in eerste instantie zullen afraden, wat je zelf in eerste
instantie misschien ook wel zou afraden als iemand je er naar zou vragen.
Maar bekijk
het eens van deze kant: een systeem draait niet meer. Het systeem
leerling-leerkracht-leerstof. De leerstof moet blijven als het even kan, dus
daar blijven we in eerste instantie af. Het kind lukt het op dit moment niet te
veranderen. Wellicht in de toekomst nog eens. Blijft over de professional die
zijn of haar gedrag in de hand heeft, kan overzien en kan wijzigen, ook al
betekent dat soms even slikken. Als je dát kunt, kun je naar mijn mening
spreken van professioneel leerkracht handelen. En maak je wel degelijk het
verschil.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten