'Maar je merkt er niets van.' Dat is wat leerkrachten soms zeggen als ze worden geconfronteerd met verhalen over twee onbekende vormen van traumarespons. En ze hebben gelijk. Ik heb het hier over dissociatie en over fawn.
Basiskennis trauma
Trauma, een wond in je psyche. Veel mensen (steeds meer)
hebben er van gehoord. Steeds meer mensen weten dat trauma je gedrag beïnvloedt
en je leren beïnvloedt. Afgelopen jaren zijn steeds meer scholenteams bekend
geworden met de begrippen fight, flight, freeze. Dat is goed nieuws voor veel
kinderen.
Tijd om een stapje verder te gaan. Een tweetal reacties is
minder bekend: dissociatie en ‘fawn’.
Dissociatie[1]
Dissociatie: Wanneer een jong kind bijvoorbeeld slachtoffer
is van seksueel misbruik en het de pijn niet wil/kan voelen, kan zijn/haar lichaam
kiezen voor deze response. Het kind treedt als het ware uit het lichaam. Soms ‘ziet’
het zichzelf letterlijk van een afstandje. Gevolg hiervan is vaak 'dissociatief
geheugenverlies'. Hierbij kunnen de gebeurtenissen verschoven worden naar het
onbewuste geheugen en kan het zijn dat het jaren duurt vooraleer de volwassene
zich het misbruik gaat herinneren. Als dissociëren heel ernstige vormen
aanneemt kan er sprake zijn van een dissociatieve integratie stoornis (DIS).
Fawn[2]
Een tweede reactie die niet vaak genoemd wordt, is ‘fawn.’
Er is geen goede Nederlandse vertaling voor vind ik. Het gedrag dat iemand in
die toestand laat zien, kan ‘meewerkend zijn (als in willoos ondergaan), het
gedrag kan ook ‘pleasen’ zijn (als in het voortdurend zorgen dat de behoeften
van anderen bevredigd worden). Als je dat laatste leest, snap je waarschijnlijk
dat ‘fawn’ als reactie moeilijker te zien is dan bijvoorbeeld fight of flight.
Het kind doet immers ‘gewoon?’ Dit gedrag kan
uiteindelijk uitmonden in ‘codependent gedrag.’ Een persoon die dit
gedrag laat zien, cijfert zichzelf helemaal weg. Grenzen vervagen: alles om de
ander te plezieren. Zij voelen feilloos aan wat de ander nodig heeft. De
achterliggende onbewuste redenering kan zijn, ‘laat me niet alleen.’ Het kind
klampt zich als het ware vast om veilig te zijn. Een kind dat opgroeit in een
dysfunctioneel gezin kan dit gedrag gaan vertonen.
Meestal vrij weinig. Een van de redenen dissociatie
problemen niet gezien worden, is dat er lastig iets te zien is in de meeste
gevallen. Het lijkt er vooral op dat het
kind aan het dagdromen is en ‘gewoon’ niet oplet. Als leerkracht zou je soms
signalen kunnen zien, maar wij kunnen en mogen die niet koppelen aan DIS. Dat
is ons vak niet. Toch is het goed te weten dat DIS veel voorkomt bij ernstig
getraumatiseerde kinderen en jongeren of kinderen en jongeren met forse
hechtingsproblematiek. DIS lijkt in niets op wat je in enge films ziet, waar
een aardige jongen ineens verandert in een meedogenloze moordenaar. Dat
vooroordeel blijkt niet te kloppen en is geschapen door de filmindustrie.
Meestal vrij weinig. Het laat meteen zien, waarom het zo
onbekend is. Een kind in de klas dat zeer behulpzaam is en het iedereen naar de
zin wil maken kan op het eerste gezicht ook gewoon een prosociaal sterk kind
zijn. Het is voor een leerkracht dus moeilijk of niet te zien. Wellicht kom je
erachter als ouders iets vertellen. Bijvoorbeeld dat het kind de hele dag op
zijn tenen loopt om anderen te plezieren en vervolgens thuis ontploft,
verdrietig of wanhopig wordt als de spanning eruit komt.
Werk samen
Ik benadruk het nog maar een keer: dit is niet ons vak. We kunnen dingen constateren (hij lijkt te dagdromen), maar we hebben niet altijd de kennis en de tijd om te kijken wat de oorzaak is. Het klinkt misschien niet aardig, maar we moeten ook de rekenles geven. Daarom is samenwerken met ouders en eventuele behandelaars zo belangrijk. Neem verhalen serieus, ook al kloppen ze niet met het beeld dat je ziet in de klas ('Thuis is hij explosief als hij uit school komt'), of met jouw eigen idee ('Volgens mij heeft hij gewoon geen zin.'). De pedagogische driehoek in stand houden, zorgt er uiteindelijk voor dat jij je met je corebusiness kunt bezighouden(lesgeven) en alle kinderen kunnen leren.
Anton Horeweg, leerkracht (MSEN) auteur De traumasensitieve school.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten